De Socratische dialoog
Vragen stellen is een eerste stap om uit een impasse te komen, omdat vragen stellen (in vergelijking met het poneren van stellingen) een andere houding vereist; zowel van de kant van de vragensteller als degene die antwoord probeert te geven. Juist nu is dat van belang, omdat er in onze pluriforme samenleving – van groot tot klein, van de aanslagen in Parijs tot het python-incident – na 9/11 verschillende belevingen van dezelfde werkelijkheid zijn .
Het is van essentieel belang om het gesprek daarover aan te gaan. Niet alleen op voetzoeker niveau, maar door een diepgaander publiek onderzoek naar de kernwaarden van onze samenleving.
De Socratische dialoog is daarvoor de gespreksvorm bij uitstek. Socrates maakte in de oudheid school met zijn uitdagende manier van vragen stellen, waarbij vooroordelen op het spel moesten worden gezet om tot de kern van de zaak te komen. Ook nu is juist de kunst van het vragenstellen de moeite van het beoefenen waard. Dat vereist inzet en inspanning, want de dialoog is geen toolbox, maar heeft een intrinsieke waarde.
De Socratische methode is zeer democratisch, omdat ervan uitgegaan wordt dat afkomst, culturele of economische achtergrond er niet toe doen tegen het licht van iets wat mensen universeel delen: het vermogen tot empathie en verbeeldingskracht.
Het maakt dus niet uit of je moslim, jood of christen bent, want een dialoog is de enige relatie die kan bestaan bij gratie van het verschil.
Afhankelijk van de samenstelling en behoeften van de groep waarmee het socratische gesprek wordt gevoerd, kunnen verschillende onderwerpen aan de orde komen. De onderwerpen liggen niet van te voren vast maar worden tijdens het gesprek bepaald door de groep zelf. U kunt hierbij denken aan: de invloed van sociale media als Facebook op (angst-)gevoelens, de komst van vluchtelingen, radicalisering, pesten op school en de gebeurtenissen in Parijs.